The Lord 's my Shepherd
.
woensdag 30 oktober 2013
Is Jezus je Vriend?
"Als je er bij de mensen openlijk voor uitkomt dat Ik je Vriend ben, zal Ik er bij Mijn hemelse Vader openlijk voor uitkomen dat jij Mijn Vriend bent."
Matteus 10; 32
Uit m'n eigen leven weet ik hoe groot de verleiding kon zijn om "erbij te horen". Niet uit de toon vallen in de groep waar ik op dat moment mee leefde, op m'n werk, in de gemeente, in m'n vriendenkring. Ik noem maar gewoon enkele situaties op, maar iedereen kan daar voor zichzelf nog wel het één en ander bijzetten.
Het 'meedoen' met de anderen is zo verleidelijk. Lachen om bepaalde opmerkingen, zèlf er nog een schepje bovenop doen, negatief praten over niet aanwezige personen om zelf maar beter te lijken. Het meedoen met dingen, waarvan je in je hart weet dat ze niet goed zijn. En dat komt echt niet allemaal alleen maar voor bij niet-christenen.
Op zulke momenten kunnen we er openlijk voor uitkomen dat Jezus onze Vriend is. Ik bedoel niet dat we direct moeten gaan preken. Maar we kunnen wèl zeggen, waarom we een gesprek willen beëindigen of niet mee willen doen met 'dit' of 'dat'. Degenen die zich deze houding aangewend hebben zullen vaak een vorm van dankbaarheid ervaren bij díé mensen, die de moed niet hadden om ervoor uit te komen, om zo'n roddel- gesprek te beeindigen, maar het wel wilden.
Als je jong bent is het al helemaal niet gemakkelijk om niet 'mee te doen', maar ook mensen die al wat ouder zijn, zijn soms bang om hun gezicht te verliezen.
Zelf probeer ik om mij in dergelijke negatieve situaties bovenstaande tekst uit Matteus voor te houden, daarbij 'geholpen' door de gedachte: "What Would Jesus Do?"
De Here Jezus is mijn Vriend.
Ik bid dat Hij me helpt om altijd meteen in te zien waar Zijn principes
worden onteerd en mij de kracht te geven daar niet aan mee te doen...
God's warmte,
Sebo Hilberts
"Als je er bij de mensen openlijk voor uitkomt dat Ik je Vriend ben, zal Ik er bij Mijn hemelse Vader openlijk voor uitkomen dat jij Mijn Vriend bent."
Matteus 10; 32
Uit m'n eigen leven weet ik hoe groot de verleiding kon zijn om "erbij te horen". Niet uit de toon vallen in de groep waar ik op dat moment mee leefde, op m'n werk, in de gemeente, in m'n vriendenkring. Ik noem maar gewoon enkele situaties op, maar iedereen kan daar voor zichzelf nog wel het één en ander bijzetten.
Het 'meedoen' met de anderen is zo verleidelijk. Lachen om bepaalde opmerkingen, zèlf er nog een schepje bovenop doen, negatief praten over niet aanwezige personen om zelf maar beter te lijken. Het meedoen met dingen, waarvan je in je hart weet dat ze niet goed zijn. En dat komt echt niet allemaal alleen maar voor bij niet-christenen.
Op zulke momenten kunnen we er openlijk voor uitkomen dat Jezus onze Vriend is. Ik bedoel niet dat we direct moeten gaan preken. Maar we kunnen wèl zeggen, waarom we een gesprek willen beëindigen of niet mee willen doen met 'dit' of 'dat'. Degenen die zich deze houding aangewend hebben zullen vaak een vorm van dankbaarheid ervaren bij díé mensen, die de moed niet hadden om ervoor uit te komen, om zo'n roddel- gesprek te beeindigen, maar het wel wilden.
Als je jong bent is het al helemaal niet gemakkelijk om niet 'mee te doen', maar ook mensen die al wat ouder zijn, zijn soms bang om hun gezicht te verliezen.
Zelf probeer ik om mij in dergelijke negatieve situaties bovenstaande tekst uit Matteus voor te houden, daarbij 'geholpen' door de gedachte: "What Would Jesus Do?"
De Here Jezus is mijn Vriend.
Ik bid dat Hij me helpt om altijd meteen in te zien waar Zijn principes
worden onteerd en mij de kracht te geven daar niet aan mee te doen...
God's warmte,
Sebo Hilberts
maandag 21 oktober 2013
Een heel klein knuffeltje
het leven is niet altijd makkelijk
nee vaak is het echt bijzonder zwaar
dan ben je blij met dat berichtje
een kaartje of een lief gebaar
vaak is het zo'n kleine moeite
en wat je geeft hoeft niet groot te zijn
gewoon een beetje aandacht
brengt al wat zonneschijn
het is zo genieten als je
door kleine dingen iemand raakt
en dat je met een knuffeltje
de ander al heel gelukkig maakt.
donderdag 3 oktober 2013
Heel voorzichtig
Het gaat een klein beetje beter. Als ik heel erg positief zou zijn, zou ik zeggen dat het zelfs een stùk beter gaat. Ik voel elke aanraking nog steeds als onaangenaam, pijnlijk of jeuk-opwekkend, maar het lijkt erop, dat dat steeds minder wordt.
Ondanks dat ik erg laat naar bed ging, was ik er toch ook weer erg vroeg uit. Desondanks een erg goeie nacht gemaakt. Een nacht zonder echt noemenswaardige jeuk. Eindelijk! Hoe anders is dat de afgelopen weken geweest... Geen dag of nacht ging voorbij, zonder drama. Jeuk waar je zó wanhopig en krankzinnig van wordt, dat je het liefst zou willen sterven. En geloof me, lieve lezer, dat is bepaald niet overdreven! Ik heb wel momenten gehad, dat ik met een mes probeerde mijn huid van m'n benen en voeten te schrapen. Afkoelen met een kei uit de vriezer hielp dan slecht heel even.
Tsja..en mèt die jeuk komen dan ook automatisch de droge huid en dus schilfers weer terug. M'n benen en voeten waren intussen ook weer behoorlijk dik geworden, dus we moesten ze zo'n beetje elke dag weer inzwachtelen. (rotklus..)
Maar inmiddels lijkt het beter te gaan. Ik mag het best zeggen... een stùk beter. Een héél stuk beter zelfs, want ik heb geen zwachtels meer om, m'n handen en armen hebben bijna hun normale kleur terug en de benen en voeten zijn, zonder te zalven en te zwachtelen, zo goed als normaal!
Ja, ik ben positief. Schoorvoetend, een beetje twijfelend nog, maar toch: positief.
Hoe heet dat in diplomatieke termen? "We zijn voorzichtig positief."
Heel voorzichtig...
Het gaat een klein beetje beter. Als ik heel erg positief zou zijn, zou ik zeggen dat het zelfs een stùk beter gaat. Ik voel elke aanraking nog steeds als onaangenaam, pijnlijk of jeuk-opwekkend, maar het lijkt erop, dat dat steeds minder wordt.
Ondanks dat ik erg laat naar bed ging, was ik er toch ook weer erg vroeg uit. Desondanks een erg goeie nacht gemaakt. Een nacht zonder echt noemenswaardige jeuk. Eindelijk! Hoe anders is dat de afgelopen weken geweest... Geen dag of nacht ging voorbij, zonder drama. Jeuk waar je zó wanhopig en krankzinnig van wordt, dat je het liefst zou willen sterven. En geloof me, lieve lezer, dat is bepaald niet overdreven! Ik heb wel momenten gehad, dat ik met een mes probeerde mijn huid van m'n benen en voeten te schrapen. Afkoelen met een kei uit de vriezer hielp dan slecht heel even.
Tsja..en mèt die jeuk komen dan ook automatisch de droge huid en dus schilfers weer terug. M'n benen en voeten waren intussen ook weer behoorlijk dik geworden, dus we moesten ze zo'n beetje elke dag weer inzwachtelen. (rotklus..)
Maar inmiddels lijkt het beter te gaan. Ik mag het best zeggen... een stùk beter. Een héél stuk beter zelfs, want ik heb geen zwachtels meer om, m'n handen en armen hebben bijna hun normale kleur terug en de benen en voeten zijn, zonder te zalven en te zwachtelen, zo goed als normaal!
Ja, ik ben positief. Schoorvoetend, een beetje twijfelend nog, maar toch: positief.
Hoe heet dat in diplomatieke termen? "We zijn voorzichtig positief."
Heel voorzichtig...
woensdag 2 oktober 2013
Veraf of Dichtbij?
"Als iemand van u in nood is, laat hij dan bidden."
Het klinkt zo eenvoudig. Bijna té simpel.
Waarom zegt Jakobus: `laat hij bidden`?
En wat moeten of mogen we nu eigenlijk bidden? Dat God het leed zal wegnemen? Dat God onze pijn op welke wijze dan ook doet verdwijnen?
Ach, ik weet het niet.
Als de nood hoog is, is bidden soms alleen nog een woordeloos zuchten tot God, wetend dat Hij in Jezus Christus weet wat lijden is en hopend dat Hij ons begrijpt.
God geeft ons door zijn Woord de vaste overtuiging, dat we altijd van Hem zijn.
En bovendien, dat Hij met ons niet anders kàn handelen dan tot ons heil.
Het is soms moeilijk te geloven, te begrijpen, laat staan te aanvaarden.
In Psalm 121 tuurt iemand naar de bergkammen in de verte. Hij heeft hulp nodig.
Misschien wordt hij door vijanden belaagd, misschien is er ziekte in z'n gezin, misschien is hij alleen. Wie kan hem helpen? Een familielid misschien? Of een vriend? Hoe dan ook, als het om hulp van mensen gaat, moet die hulp van daarginds, over de bergen, vandaan komen.
Zou er ooit iemand komen? Zou er iemand naar hem omzien?
Heel vaak wachten wij ook zo. We turen maar een beetje in alle richtingen, niet goed wetend wat we met onszelf aanmoeten. Zeker in onze maatschappij vol drukte en hectic. We hopen dat iemand onze pijn ziet. Niet alleen de lichamelijke, maar zeker ook die andere pijn. Die pijn, waar we met iemand over willen praten, maar niet durven. Die pijn, die niemand ziet, maar die zo vreselijk aanwezig is. Zoals bijvoorbeeld eenzaamheid. Een stille pijn...
We wachten. En turen. En hopen..
Maar het wachten is tevergeefs. Het hopen ook.
Mensen vergeten ons. Ze zijn te druk met zichzelf. Ze hebben vaak te weinig invoelingsvermogen en heel vaak stellen mensen teleur. Dat gebeurt in je eigen familie-en kennissenkring en het gebeurt in de kring van de gemeente.
Een goede vriendin van me gaf het volgende voorbeeld:
Ze was geopereerd en kon dus niet meedoen aan een bijbelkring. Zelf alleen en zonder auto, was ze dus ook niet mobiel.
Trouw elke week de kring bezoekend, krijg je vanzelf ook een zekere band met elkaar..dacht ze.
Na een poosje werd die kring één deur verder gehouden dan de hare.
Alleen thuis in bed, hoopte ze dat aan de andere kant van muur de gedachten ook uit zouden gaan naar haar. Ze hoorde het gebruikelijke zingen en wenste dat ze erbij kon zijn. Nóg meer wenste ze, dat er iemand van de kring op het idee zou komen om even één deur verder aan te bellen of op z’n minst even op te bellen.
Eén deur verder...
Maar er gebeurde niets.
Er werd gebeden, gelezen, gezongen. Maar niemand dacht aan haar, die zo trouw maand in maand uit de kring bezocht had. Pas na enkele weken viel er een kaartje in bus...
David snapte het in de derde regel al van Psalm 121: “..mijn hulp is van de Here..”
Hou maar op met staren in de verte. de hulp komt niet uit de verte, waar jij hem verwacht.
De hulp komt van heel dichtbij! “De Heer is uw bewaarder. Hij is de schaduw aan uw rechterhand.” Zó dichtbij komt God! Hij wil onze Vader zijn, die onze hand vasthoudt. Hij wil onafscheidelijk zijn, zoals onze schaduw onafscheidelijk van ons is.
God IS er voor ons, ook als wij Hem even niet zien. Als wij in de verte kijken. Het is GOD, die ons de hulp geeft, die we verwachten en nodig hebben. En we mogen Hem bijvoorbaat al danken voor de hulp die al onderweg is, nog voordat wij in de gaten hebben dat we die nodig hebben!
Daarom moet ik maar op Hem vertrouwen. Terwijl ik in de verte staar, loopt Hij de hele tijd al naast me...
"Als iemand van u in nood is, laat hij dan bidden."
Het klinkt zo eenvoudig. Bijna té simpel.
Waarom zegt Jakobus: `laat hij bidden`?
En wat moeten of mogen we nu eigenlijk bidden? Dat God het leed zal wegnemen? Dat God onze pijn op welke wijze dan ook doet verdwijnen?
Ach, ik weet het niet.
Als de nood hoog is, is bidden soms alleen nog een woordeloos zuchten tot God, wetend dat Hij in Jezus Christus weet wat lijden is en hopend dat Hij ons begrijpt.
God geeft ons door zijn Woord de vaste overtuiging, dat we altijd van Hem zijn.
En bovendien, dat Hij met ons niet anders kàn handelen dan tot ons heil.
Het is soms moeilijk te geloven, te begrijpen, laat staan te aanvaarden.
In Psalm 121 tuurt iemand naar de bergkammen in de verte. Hij heeft hulp nodig.
Misschien wordt hij door vijanden belaagd, misschien is er ziekte in z'n gezin, misschien is hij alleen. Wie kan hem helpen? Een familielid misschien? Of een vriend? Hoe dan ook, als het om hulp van mensen gaat, moet die hulp van daarginds, over de bergen, vandaan komen.
Zou er ooit iemand komen? Zou er iemand naar hem omzien?
Heel vaak wachten wij ook zo. We turen maar een beetje in alle richtingen, niet goed wetend wat we met onszelf aanmoeten. Zeker in onze maatschappij vol drukte en hectic. We hopen dat iemand onze pijn ziet. Niet alleen de lichamelijke, maar zeker ook die andere pijn. Die pijn, waar we met iemand over willen praten, maar niet durven. Die pijn, die niemand ziet, maar die zo vreselijk aanwezig is. Zoals bijvoorbeeld eenzaamheid. Een stille pijn...
We wachten. En turen. En hopen..
Maar het wachten is tevergeefs. Het hopen ook.
Mensen vergeten ons. Ze zijn te druk met zichzelf. Ze hebben vaak te weinig invoelingsvermogen en heel vaak stellen mensen teleur. Dat gebeurt in je eigen familie-en kennissenkring en het gebeurt in de kring van de gemeente.
Een goede vriendin van me gaf het volgende voorbeeld:
Ze was geopereerd en kon dus niet meedoen aan een bijbelkring. Zelf alleen en zonder auto, was ze dus ook niet mobiel.
Trouw elke week de kring bezoekend, krijg je vanzelf ook een zekere band met elkaar..dacht ze.
Na een poosje werd die kring één deur verder gehouden dan de hare.
Alleen thuis in bed, hoopte ze dat aan de andere kant van muur de gedachten ook uit zouden gaan naar haar. Ze hoorde het gebruikelijke zingen en wenste dat ze erbij kon zijn. Nóg meer wenste ze, dat er iemand van de kring op het idee zou komen om even één deur verder aan te bellen of op z’n minst even op te bellen.
Eén deur verder...
Maar er gebeurde niets.
Er werd gebeden, gelezen, gezongen. Maar niemand dacht aan haar, die zo trouw maand in maand uit de kring bezocht had. Pas na enkele weken viel er een kaartje in bus...
David snapte het in de derde regel al van Psalm 121: “..mijn hulp is van de Here..”
Hou maar op met staren in de verte. de hulp komt niet uit de verte, waar jij hem verwacht.
De hulp komt van heel dichtbij! “De Heer is uw bewaarder. Hij is de schaduw aan uw rechterhand.” Zó dichtbij komt God! Hij wil onze Vader zijn, die onze hand vasthoudt. Hij wil onafscheidelijk zijn, zoals onze schaduw onafscheidelijk van ons is.
God IS er voor ons, ook als wij Hem even niet zien. Als wij in de verte kijken. Het is GOD, die ons de hulp geeft, die we verwachten en nodig hebben. En we mogen Hem bijvoorbaat al danken voor de hulp die al onderweg is, nog voordat wij in de gaten hebben dat we die nodig hebben!
Daarom moet ik maar op Hem vertrouwen. Terwijl ik in de verte staar, loopt Hij de hele tijd al naast me...
dinsdag 1 oktober 2013
Ik wou dat ik U begreep..
Ik ben Uw maaksel God
en daarom moet ik niet vragen
waarom ik ben zoals ik ben
Ik hoef niets aan mezelf te veranderen
U schiep mij zoals ik mijzelf ken
Ik mag lachen, maar ook huilen
ik mag zwijgen als ik wil
ik mag praten naar behoefte
maar ik zwijg nu en ben stil
'k Zou veel vragen willen stellen
want U weet het antwoord toch
'k weet ik hoef niets te vertellen
maar toch zeg ik vooralsnog
dat ik zoveel nog niet begrijp!
Ik ben Uw maaksel God
en daarom moet ik niet vragen
waarom ik ben zoals ik ben
Ik hoef niets aan mezelf te veranderen
U schiep mij zoals ik mijzelf ken
Ik mag lachen, maar ook huilen
ik mag zwijgen als ik wil
ik mag praten naar behoefte
maar ik zwijg nu en ben stil
'k Zou veel vragen willen stellen
want U weet het antwoord toch
'k weet ik hoef niets te vertellen
maar toch zeg ik vooralsnog
dat ik zoveel nog niet begrijp!
Abonneren op:
Posts (Atom)